'Als kind had ik al interesse in hoeden'

Elisabeth de Meulmeester met enkele van haar favoriete hoeden. foto: Hilde WijnenPrinsjesdag is in aantocht. Zo ook de jaarlijkse hoedenparade. De hoogste tijd om het hoedenvak eens in het zonnetje te zetten. En wie kan dat beter dan onze eigen Arnhemse hoedenmaker Elisabeth de Meulmeester? "Leuk! Prinsjesdag, daar kijk ik wel met extra belangstelling naar, hoor!"

Haar hoeden stonden op de hoofden van ministers, wonnen prijzen en werden tentoongesteld. Elisabeth de Meulmeester (65) zit bijna dertig jaar in het hoedenvak en kent zo goed als alle kneepjes. "Ik ben de oudste hoedenontwerper van Arnhem. Als kind was ik al geïnteresseerd in hoeden."

Haar atelier aan huis is een lustoord voor hoedenfanaten. Lintjes, veren, mallen, stoffen. En hoeden natuurlijk. Vilthoeden, baretten, regenhoeden, turbans, het wemelt van de hoofddeksels. In alle soorten en maten, de een nog prachtiger dan de ander. "Ik was elf toen ik een hoed kreeg van mijn ouders. Een witte flaphoed, ze namen 'm mee uit Amerika. Die vond ik fantastisch. En ik droeg 'm ook echt, al paste de hoed niet goed op mijn kleine koppie. Toen ik twintig was, begon ik tweedehands hoedjes te verzamelen. Ik haalde ze uit elkaar, vermaakte ze en tekende patroontjes. Ik wilde weten: hoe zit een hoed in mekaar?"

Vakkennis verwierf ze door in de leer te gaan bij hoedenontwerpers, zoals de befaamde Marianne Jongkind, nestor van de Nederlandse hoedenwereld. "En als je heel veel met hoeden bezig bent, kom je zelf ook steeds vaker op ideeën hoe je bepaalde dingen technisch op kunt lossen.

"Inmiddels geeft ze zelf les. Aan particulieren, privé of in groepsverband, en voorheen ook aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. "Dat vond ik heel plezierig om te doen. Om mensen op weg te helpen in het vak en ze een leuke dag te bezorgen. Ik had een winkel met een fantastisch atelier in het Modekwartier aan de Klarendalseweg, maar sinds ik daarmee gestopt ben, heb ik niet de ruimte niet meer."

Hoedenhoofd
Hoeden worden, behalve op Prinsjesdag, niet veel meer gedragen tegenwoordig. Een gemiste kans, want iedereen heeft een hoedenhoofd volgens de Meulmeester. "Op maat gemaakt natuurlijk, dán staat het gewoon. Ook voor bruiloften is een hoed zeer geschikt. Daar wordt het hoedenatelier niet zo in gevonden, moet ik zeggen. Jammer, want er is zó veel mogelijk op dat gebied. Er zitten hier weleens bruiden ontzettend te balen dat ze dat niet eerder wisten."

Van niets iets
Door corona staat het maken van hoeden op een laag pitje. "Er komt wel een heel mooi project aan, maar dat is nog geheim," knipoogt Elisabeth. "In de tussentijd heb ik genoeg ideeën. Het leuke aan deze tijd is om van oude spullen nieuwe dingen te maken. Van niets iets maken, ik ben er al mijn hele leven mee bezig. Daar word ik blij van."

»» Lees ook in de Arnhemse Koerier